Het glaslaboratorium bij TÜV Rheinland in Arnhem verzorgt voor glasproducenten van over de hele wereld het testen en certificeren van hun producten. Binnen het brede scala aan testen, die afhankelijk van de aard en toepassing van het glas volgens verschillende normen moeten worden uitgevoerd, is het gasverlies in isolatieglas een bijzondere. Het door TÜV ontwikkelde testsysteem is met hulp van Da Vinci Laboratory Solutions zodanig geautomatiseerd dat ook klanten van TÜV Rheinland het apparaat zelf kunnen toepassen.
Testen van isolatieglas
Een test die exclusief bedoeld is voor isolatieglasruiten is de gaslektest. Bij hoogrendementsglas is de ruimte tussen de twee c.q. drie ruiten gevuld met een gas, doorgaans argon, dat zorgt voor een extra isolerende werking. Dit leidt tot een bepaalde isolatiewaarde (U-waarde) die door fabrikanten voor een bepaalde termijn, zeg tien jaar, wordt gegarandeerd. Om de haalbaarheid van die garantie te onderbouwen moet je kunnen aantonen dat het argon ook daadwerkelijk tussen de ruiten blijft zitten en niet weglekt.
“In de norm staat in dit geval niet hoe je dit precies moet testen, maar is er alleen een algemene beschrijving. Op basis daarvan hebben we bij TÜV Rheinland een testopstelling gebouwd, waar we jarenlang succesvol gebruik van hebben gemaakt. Recentelijk hebben we in samenwerking met Da Vinci Laboratory Solutions deze testopstelling omgebouwd tot een professioneel apparaat, dat door verregaande automatisering eenvoudig te bedienen is. Dat werkt zo goed, dat inmiddels ook enkele grote klanten van ons interesse in het apparaat hebben getoond en het ook daadwerkelijk hebben aangeschaft om er zelf mee te meten. Aanvankelijk stonden we hier wat huiverig tegenover, omdat we in dat geval wellicht de testen voor CE-markering niet meer voor hen zouden hoeven uit te voeren. Maar het omgekeerde gebeurde merkten we nadat we de eerste van tot nu toe zes opstellingen uitleverden. De afnemers konden door de interne testen op voorhand correcties in hun productieproces doorvoeren, maar vroegen vervolgens of wij ook nog mee konden testen. Ze hechten namelijk veel belang aan een onafhankelijke bevestiging van de meetresultaten”, vertelt Henk van Ginkel.