Wie technologie levert, elk FHI-bedrijf, weet niet op voorhand welke aansprakelijkheidsclaims op hem af kunnen komen. Meestal opereer je in een keten en is jouw product ‘enabling’ binnen een bepaalde toepassing of systeem. Als je een 3-D geprint schedelimplantaat levert aan een ziekenhuis, een chirurg en er gaat onverhoopt iets niet goed met de patiënt, stel dan maar eens zeker dat je niet een zodanige schadeclaim krijgt dat jouw, net een paar jaar geleden gestarte, hightech bedrijf niet finaal onderuit gaat.
Het was de situatie van Maikel Beerens, oprichter en ceo van Xilloc Medical. Hij staat model voor alle bijna achthonderd bij de FHI-branches aangesloten bedrijven. Al meer dan twintig jaar geleden heeft FHI de conclusie getrokken dat deze problematiek vraagt om een gezamenlijke aanpak en dat het ontwikkelen en onderhouden van zo’n aanpak past bij het solidariteitsprincipe waar de federatie van technologiebranches haar bestaansrecht aan ontleent. Indertijd selecteerde FHI de firma HBR brancheverzekeringen als partner om in de verzekeringswereld de beste proposities beschikbaar te krijgen voor de leden en om de leden individueel te ondersteunen met advies en eventuele procedures. Dat gaat verder dan alleen aansprakelijkheidsverzekeringen, maar omdat dit soort van risico’s zo specifiek is voor de technologiebranches en omdat dergelijke risico’s in het algemeen heel erg moeilijk bij een collectieve verzekeringen zijn onder te brengen, daarom hier en nu aandacht daarvoor aan de hand van een gesprek met Maikel Beerens, lid van de FHI-branche Medische Technologie en met Ruud Rooker, commercieel manager van HBR Brancheverzekeringen. Derde partij in het gesprek is de firma Markel International, verzekeraar gespecialiseerd in ‘zakelijke aansprakelijkheid en technische verzekeringen’. Eelco de Jong en Gerben van Dijk, respectievelijk directeur aansprakelijkheid en senior underwriter liability & engineering bij Markel zijn de gesprekspartners.
Waarom is het zo moeilijk om een collectieve verzekering af te sluiten voor aansprakelijkheid?
“De risico’s zijn moeilijk in te schatten vanwege de enorme verscheidenheid aan bedrijven, producten en toepassingen”, begint Ruud Rooker. “Dat maakt het voor verzekeringsmaatschappijen, waar wij de contracten mee moeten sluiten, lastig om hun risico in te schatten. De meesten denken niet op het gespecialiseerde niveau van FHI.”
Waarom lukte het uiteindelijk wel met Markel om een collectief contract af te sluiten en een passend product aan te bieden?
Markel blijkt nog een vrij nieuwe partij te zijn in Nederland. De internationaal opererende verzekeraar wil graag voet aan de grond krijgen hier en is sowieso een niche-georiënteerd bedrijf. “Wij houden van maatwerk”, zegt Eelco de Jong en Ruud Rooker heeft hem dan al geïntroduceerd als een van de mensen die hij al langer kent en waarvan hij weet dat zijn attitude past bij de cultuur van FHI-bedrijven.“ We kijken eerst naar wat het te verzekeren bedrijf doet, we verdiepen ons in de individuele situatie, maar hangen daar niet meteen een individueel kostenplaatje aan. Ook bij de kleinere bedrijven gaan we eerst op bezoek om hen beter te leren kennen zonder dat we daar advieskosten voor in rekening brengen”. Gerben van Dijk vult De Jong aan: “We kijken naar hoe we kunnen helpen en niet zoeken of er misschien redenen zijn om een beroep op de collectiviteit kunnen afwijzen. Samen met HBR proberen we de risico’s te doorgronden en dat gaat verder dan alleen kijken naar de website en het foldermateriaal.”
Maikel Beerens is ervaringsdeskundige. “Toen ik mijn bedrijf startte in 2011 was het lastig om een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten met een goede dekking en nog betaalbaar. Via FHI/HBR Brancheverzekeringen is dat gelukt. Omdat wij naar maat gemaakte implantaten leveren aan ziekenhuizen, is één van de vragen in hoeverre je je kunt verzekeren voor het geval een implantaat dat in een lichaam is geplaatst onverhoopt gebreken vertoont. De arts is verantwoordelijk voor de plaatsing en de werking van het product, maar als het product als zodanig niet goed is, dan is Xilloc verantwoordelijk. Je krijgt al snel een situatie van David tegen Goliath als je de juridische afdeling van een ziekenhuis achter je aan krijgt.” “Daarom zijn we streng aan de voorkant bij het beoordelen van het te verzekeren bedrijf. We kijken hoe de technologieleverancier zijn risico’s vooraf indamt. Dat hebben we liever dan dat we bij hem extra risico neerleggen dat er niet uitgekeerd wordt.” Het is het betoog van Eelco. “De maatschappij wordt steeds claimbewuster. Bij letsel zagen we bijvoorbeeld voorheen dat werknemers na een periode in het ziekenhuis gewoon weer aan het werk gingen. Nu wordt er steeds vaker eerst een claim vanwege letselschade ingediend bij de werkgever.”
Wat zijn nou zoal de dingen waar jullie op letten voordat je een partij toelaat in het collectief en een verzekeringscontract afsluit?
“We kijken in eerste instantie of de leveringsvoorwaarden in orde zijn. Het hanteren van de juiste leveringsvoorwaarden is de verantwoording van het bedrijf. Zorg dat je bij het opstellen van de voorwaarden goed geadviseerd wordt door een advocaat of jurist”, zo begint Ruud Rooker zijn beschrijving van het proces van acceptatie. Binnen FHI is dat niet zo moeilijk. Je pakt gewoon de FHI standaardleveringsvoorwaarden. Als branchelid heb je het recht om die te hanteren en daar naar te verwijzen. Is er iets specifieks nodig, dan zijn er de FHI-juristen die kunnen adviseren vanuit de praktijkervaring binnen de federatie. “We kijken vervolgens samen met Markel of de kwaliteitsborging van product en proces op orde is. Daarna zorgen we voor de juiste verzekeringsclausules die aansluiten bij de leveringsvoorwaarden.” Gerben van Dijk: “We ervaren in de praktijk dat de voorwaarden voor de acceptatie bij leden van FHI het over het algemeen prima op orde zijn.”
Conclusie? Een adequate aansprakelijkheidsverzekering voor technologiebedrijven is niet triviaal, soms zelfs lastig. Maar het kan wel, dankzij de collectiviteit, deskundigheid en attitude van de partners die FHI heeft geselecteerd en vanuit het bureau, in de persoon van Andreas Meijer, managet. Hij is ook de man die aanspreekbaar is met suggesties voor verbeteringen, zelfs voor onverhoopt opkomende klachten.