Door data die al binnen gebouwen aanwezig is slim te benutten, kun je een pand aanzienlijk verduurzamen en veraangenamen. Ook het delen van data is daarvoor essentieel. Dat betoogt Leonie Meuwszen, directeur Klant & Markt bij BINX.
Door: Dimitri Reijerman
BINX is meer dan een traditioneel bouw- en installatiebedrijf: er wordt volop gewerkt met software om gebouwen ook op de lange termijn een optimale gebruikerservaring te geven. “Met ons platform Smartility hebben we Intelligente utiliteitsoplossingen ontwikkeld”, zegt Meuwszen. “We gebruiken daarvoor de bestaande informatie uit gebouwen. Deze data brengen we onder in een technisch dashboard en een dashboard speciaal gericht op de klant.”
“Bovendien kan deze data helpen om slimmere keuzes te maken, anders te ontwerpen, maar ook bij de kosten voor het onderhoud en energie. We staan nog aan het begin, want we hebben vorig jaar deze dienst gelanceerd. Inmiddels hebben we zo’n vier projecten waar we Smartility uitvoeren.”
Vijf pijlers
Het Smartility-platform kent vijf pijlers, waaronder energie. “De meest laagdrempelige toepassing is de energieprestatie-garantie. Daarbij kun je op basis van gebruik en verbruik conclusies trekken over het energieverbruik. En omdat BINX zich met name richt op de utiliteitsbouw, krijgen we vooral opdrachten van overheids- en semioverheidsinstanties. Zij hebben immers een opgave voor zich liggen om tot aan 2030 de CO2-emissies sterk omlaag te brengen.”
“Ook de gezondheid is een belangrijk pijler. Zaken als bezetting en ppm-waarden kunnen klanten helpen bij de vraag: ‘wat gebeurt er eigenlijk in mijn gebouw?’ Inmiddels maken we ook koppelingen met bestaande systeemintegraties van de gebouweigenaren zelf. Denk in het onderwijs bijvoorbeeld aan leerling-volgsystemen, zoals roosters combineren met data van de bezetting van lokalen.”
“Op de wijze kun je nog meer doen. We sturen inmiddels bij twee scholen ook de schoonmaak aan in plaats van de eigenaar. Dat gebeurt doelgericht, omdat we kunnen voorkomen dat ruimtes onnodig schoongemaakt worden”, vertelt Meuwszen.
“Ik geloof vooral in data die een gebouw zelf aanbiedt. We halen 80 procent van de informatie uit het gebouwbeheersysteem. In sensoren heb ik wat minder vertrouwen, omdat dit meestal niet-circulaire componenten zijn en er een chiptekort is. Door bestaande technologie te koppelen kun je dus meer bereiken.”
Tijdens haar keynote op de conferentie Digitaal Gebouw van de Toekomst 2022 hoopt Meuwszen collega’s te prikkelen met het Smartility-concept: “Onze slogan is ‘slim bouwen voor het leven’. Wij bouwen binnen een bepaalde contractvorm waarbij we niet zo zeer nadenken over het product van nu, maar met name over de functie in de toekomst. Dus denk als gebouweigenaar niet alleen aan je portemonnee, maar zoek ook de verbinding met elkaar. Door samen data te gaan delen, kun je dat bereiken. Want data is uiteindelijk van iedereen.”