De wereldeconomie is een onvoorspelbaar maar nauw samenhangend geheel, waarin momenteel thema’s als Brexit en handelsoorlogen in het nieuws domineren. Toch moeten we niet vergeten dat we in een hoopgevende tijd leven waarin technologie oplossingen kan bieden, zegt econoom Mathijs Bouman. Hij zal tijdens het 8e FHI ledennetwerk-/managementevent een lezing geven rondom het centrale thema ‘duidelijkheid in de internationale chaos’.
Door: Dimitri Reijerman
Sinds president Donald Trump een handelsoorlog begon tegen China, wijzen economen onophoudelijk op de schadelijke effecten op de wereldhandel. Nederland en de EU merken de gevolgen al aan den lijve, zegt Bouman: “In het begin van de handelsoorlog waren er nog ideeën dat Europa er van zou kunnen profiteren. ING heeft daar nog iets over geschreven, en dat is theoretisch te onderbouwen: als twee honden vechten om een been gaat de derde er mee heen. Maar misschien is Europa wel het grootste slachtoffer van de handelsoorlog, omdat we nu eenmaal de grootste toeleverancier aan de Chinese economie zijn, vooral vanuit Duitsland. De EU is voor China een belangrijker handelspartner dan de VS.”
Hij vervolgt: “Je kunt ook zeggen, bijvoorbeeld in de metaal hoor je dat, dat de Chinezen nu een markt nodig hebben om overschotten te dumpen. Het belangrijkste nadeel voor Nederland, als meest geglobaliseerd land dat er bestaat, is dat de wereldhandel stagneert door al die ellende. De zogeheten tweede en derde ronde-effecten zijn groot, omdat China zo’n enorme economie is.”
Of de handelsoorlog snel zal eindigen, daar durft Bouman geen voorspelling over te doen: “De afloop is volstrekt onvoorspelbaar, net als de Brexit. Het hangt af van het persoonlijke temperament van Trump en dat van de Chinese machthebbers. Ook hangt het af van de Amerikaanse verkiezingen. Er zijn wel signalen dat er een deal zou zijn, maar de ceremonie is alweer uitgesteld.”
En terugkerend op de Britse ‘soap’ rondom de Brexit, zegt Bouma dat de impact van het mogelijke Britse vertrek uit de EU tot nu toe beperkt zijn gebleven: “Ik denk dat we van Brexit per saldo nog niet heel veel gevolgen hebben gemerkt. Je ziet wel dat je bepaalde economische activiteiten niet meer worden gedaan en dat de export naar het VK niet gegroeid is. De voorbereidingen op slechtere economische tijden levert wel op korte termijn groei op. De daadwerkelijke disruptie moet nog komen, maar Brexit kan ons net zoveel schade gaan opleveren als de voort etterende handelsoorlog.”
Afkoelende Duitse economie
De economische gang van zaken bij de Oosterburen levert Bouma meer zorgen op: “De snelle afkoeling van de Duitse industrie: van de eerder genoemde ontwikkelingen is deze het meest realistisch, omdat het nu aan het gebeuren is. Het is daar de afgelopen anderhalf jaar helemaal misgegaan. De Nederlandse en Duitse economie als geheel hebben zich daar nog kunnen tegen verweren, want de consumptie is nog niet ingestort. Maar de werkgelegenheid in de industrie in Duitsland en Nederland loopt terug. De Chinezen kopen weinig auto’s meer, en dat is de knak geweest voor een haperende Duitse industrie.”
Een ander vooraanstaand thema op mondiaal niveau is uiteraard de klimaatverandering en het akkoord van Parijs. Bouman is optimistisch. Hij denkt dat een omslagpunt is bereikt, met name in de publieke opinie: “Dit soort dingen lukken niet top-down, dat moet bottom-up plaatsvinden en dat zie je nu toch echt gebeuren. Tijdens de krediet- en Eurocrisis was er nog helemaal geen aandacht voor. Nederland is een goed voorbeeld, en dat is toch echt het vieste land van Europa. Bovendien zit de technologie mee. Binnen tien jaar worden fossiele oplossingen weggeconcurreerd door schone. Ook is er meer enthousiasme voor een juiste beprijzing. Dat is de echte dealmaker.”
En in de ogen van de econoom leven we bovendien in ‘gouden tijden’: “Het gaat heel goed, we groeien weliswaar niet meer zo hard, we hebben een vergrijzende economie. Maar we hebben een lange periode van groei achter de rug en de afgelopen twintig jaar zagen we een enorme daling van de armoede. Niemand zou in een ander jaar en op een andere plek dan West Europa geboren willen worden.”
Bouman sluit af met het kort aanstippen van een breed gevoeld probleem, maar geeft er opnieuw een positieve draai aan: “De krapte op de arbeidsmarkt is de vierde factor die in heel veel sectoren voor problemen zorgt. Dat is weliswaar een structureel probleem, maar het basisprobleem is een hele fijne: iedereen die wil werken, kan werken.”
Wilt u de lezing van Mathijs Bouman bijwonen? Registreer u via deze pagina.