De invloed van exposanten op de content van een seminar is in deze fase zeer sterk. Zo is het seminar ‘Innovaties in de aandrijftechniek’ al redelijk richting gegeven met duurzame innovaties en de mogelijkheden van geïntegreerde besturingssystemen. Voor de seminars rond ‘Motion & Drives op de proef genomen’ en ‘We doen meer online, hoe gaan we dat fysiek regelen?’ wordt met de betrokken bedrijven nadrukkelijk nog gekeken naar een goede richting voor bezoekers en klanten.
Het doel van het seminar ‘Innovaties in de aandrijftechniek’ is het op een praktische wijze tonen van vernieuwingen, op basis van de actuele uitdagingen in de industrie. Waar een verminderd energieverbruik en een volledig circulaire industrie gewenste toekomstbeelden laten zien, willen de betrokken bedrijven vooral de concrete mogelijkheden in de transitie naar die toekomst tonen.
De drie betrokken exposanten zijn hun bijdrage daarvoor al aan het finetunen en daar zoeken we meer bedrijven bij. Vooral voor de kleinere bedrijven, die voor hele specifieke oplossingen kunnen zorgen, is dit seminar bij uitstek een kans om gebruik te maken van het grote bereik van WoTS. Het is ook de bedoeling dat de benoemde innovaties getoond worden op de eigen stands.
Het concrete doel voor het seminar ‘Motion & Drives op de proef genomen’ is de meerwaarde van aandrijftechniek tonen en presenteren. Dat hoeven dus niet per se innovaties te zijn, zoals bij het andere seminar. Met de drie betrokken bedrijven is gekeken naar een goede invulling en daar is nog wat meer huiswerk voor nodig. Het tweede overleg vindt in februari 2022 plaats en dus is het juist nu nog een kans voor exposanten om zich hierbij aan te sluiten.
Dat geldt dus ook voor het seminar ‘We doen meer online, hoe gaan we dat fysiek regelen?’, waarin de krachten van digitalisering, connectiviteit en het fysiek in bedrijf nemen van vernieuwde oplossingen. Daarbij kan ingehaakt worden op subthema’s als autorisatie, veiligheid, cyber security en AI.
U kunt nu nog aansluiten bij het vormgeven van een seminar via een mail naar Willemijn de Groot.